Ik zeg het maar even recht voor zijn raap: ik ben een niet-religieuze-niet-humanist.
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid heeft mij in zijn rapport 'Geloven in het publieke domein' nu ingedeeld bij de 'ontevreden buitenstaanders'.
Men is van mij geschrokken. Wetenschappelijk is bewezen - neem ik aan - dat ik een wrokkige cynicus ben. Het is goed mogelijk dat ik tot wetteloosheid verval.
Ik besef het zelf niet, maar ik heb behoefte aan burgerschapsbinding. Ik moet nodig eens wat aan mijn zingeving gaan doen.
Wat is de verschijning van dit rapport van de WRR goed getimed! Net nu een landsregering dreigt te worden gevormd waarop de Christenen een onevenredig groot stempel gaan drukken.
Benoem een minister van Zingeving! En de formatieperiode kan met de helft worden ingekort.
Verplicht de niet-religieuze-niet-humanisten tot het volgen van cursussen spiritualiteit. Voorzichtig beginnen met een cursus reïncarnatie, of spreken met bomen. Als de ontevreden buitenstaander eenmaal tot de spiritueel ongebondenen behoort en yogalessen gaat volgen in de consistorie van de dichtstbijzijnde gereformeerde kerk, is het stapje naar binnen zo gezet.
U merkt het: zo'n rapport maakt me cynischer en wrokkiger dan ik al was.
Ik krijg zin in wetteloosheden.