Bieslog - BieslogKunst op zondag
  Klik op de hut voor bezichtiging


  webcam in redactielokaal (werkt niet meer)

 Hoofdredacteur Wim de Bie leest alle reacties - redactie@bieslog.nl

Url = verwijzing naar andere site

beluister = hoorspel, reportage, geluidsact

Video = filmpjes

= bijlagen
De foto's zijn vergrootbaar tot de originele afmetingen.








zondag 6 juni 2004 09:39  verstuur

BieslogKunst op zondag

Beeldvergroting: Lucebert
Lucebert
Beeldvergroting: Clifford Brown
Clifford Brown

Als u eerst het nummer van trompettist Clifford Brown aanzet en daarna het gelijknamige gedicht van Lucebert hardop voorleest, creëert u uw eigen sessie Jazz&Poetry (voorloper van alle performance- en slampoetry).

lands end

met clifford brown (t) max roach (dr) harold land (t-s) george morrow (b) richie powell (p) (study in brown; Em Arcy MG-36037)

aan het einde van het land met klinkend gereedschap klimt
de leeuwerik te klinken de vederwolkenachtbaan aan
?s lands einde speelt boven opspringende akkers
voorouderlijk zaad uit doffer naar duif door de duisternis
vrede nu
maar donker blijven de dorpsdeuren toe
als leunde een onmetelijke rug uit de lucht
voor het zonnepeloton
?mijn moeder heeft een wasmachine gekocht mijn zuster ook
een nog grotere maar gelukkig
de methodisten zingen nog? ons dorp aaneen
met harten die als bijbels dichtklappen
rollen zij psalmen tot onder de donderwolk tot
aan het einde van het land waar op een krakend plankier
terwijl de vliegen het in de marmelade doen
de provinciale schoenmaker tukt in zijn schonkige schommelstoel

aan het einde van het land mijn in smidsvuur gedompelde ogen
stijgen op naar het klaterend aambeeld van de rivier
daar aan de einder zal ik blij verdwijnen
mijn hoofd in mijn voorschoot de bovenwindse blaasbalgen
op de adem van de laatste vrolijke buurman gericht
spoedig zal eenvormige overvloed overal even roekeloos
het hart en het hoofd doen versuffen
na mij de motregen
mijn broer verwierf zich een zijnsmachine
mijn zuster een nog werkzamere
ik hoor aan het einde van het land hun danklied
in steeds vollere en naaktere offerhaarden klapwieken
ik hoor ook in welriekende putten van verzet
hun kinderen vernielen het stevigste speelgoed

aan het einde van het land boort zich de zon
in mijn snel schip
hoe bij haar afscheid zij nog uitvindt
het wagenwiel
waarvan ik al afscheid neem
als van het steeds wassende dorp
als van de wassende nacht

(Lucebert- verzamelde gedichten - uitg: De Bezige Bij)