Zullen we proberen een paar uitdrukkingen te verbannen naar de uithoeken van ons taalgebied?
We moeten ergens beginnen met de grote schoonmaak.
1. Aangeschoten wild
Werd gebruikt als aanduiding van politici die beschadigd waren geraakt (averij hadden opgelopen).
De uitdrukking verlaat de politieke arena. De leider van een dansgroep werd tot aangeschoten wild verklaard (stervende zwaan?).
Nu de jacht langzamerhand als overwonnen menselijke bezigheid wordt gezien, kunnen jachttermen ook maar beter vertrekken.
(Geven we beschadigd, averij en arena, zoals gebruikt in de politiek, meteen mee.)
2. Elk nadeel heb zijn voordeel
Wordt nog steeds gebruikt door columnisten die geen leuk slotje aan hun column kunnen breien. In wanhoop wordt het Johan Cruijff-leuk geleend. ?Om met Johan Cruijff te spreken:.....?
Nu weten we het wel, nu hebben we lang genoeg onze eigen superioriteit gedemonstreerd, nu dient deze uitdrukking naar het Rusthuis van Versleten Taal te worden gebracht.
(wordt vervolgd)