Als er wordt aangebeld, blijft meneer Foppe's eerste spontane aandrift: de badkamer inschieten, in de douchebak gaan staan en het gordijn om zich heen dichttrekken.
Wordt er 's avonds tussen zes en zeven gebeld, dan is het moeilijk uitvoering te geven aan die neiging tot verstoppen. Het geluid van de tv en het licht onder de deur door zouden meneer Foppe's aanwezigheid verraden.
Bovendien weet meneer Foppe met tachtig procent zekerheid te voorspellen wie er op dat uur van de dag voor de deur staat: een collectant.
Er bellen de laatste tijd veel collectanten aan - is dit het collecteseizoen?
Toch is de paniek die meneer Foppe bevangt in dat geval niet minder dan na het aanbellen van een vreemdeling.
Tot voor kort liet hij zich verrassen, stond hij ineens oog in oog met een hem niet geheel onbekende - waarschijnlijk een buurman of buurvrouw van de galerij - die hem een grote plastic bus voor de neus hield en prevelde:
'Goedenavond meneer Foppe, hebt u misschien een kleinigheidje over voor de Stuwazie...?'
Of voor de Mierslichting.
Of voor de Vartewaakmiekte.
Of voor de Ankerbesnijding.
Meneer Foppe is op slag zo in paniek dat hij geen jota verstaat van het collectedoel.
'Eh... momentje...', weet hij eruit te persen.
Waarna hij de voordeur op een kiertje na dichtdoet en als een wildeman in de zakken van zijn overjas aan de kapstok naar kleingeld gaat zoeken.
Tevergeefs, dus stort hij zich in de huiskamer op het buffet, trekt de laden zo woest open dat ze ondersteboven op de grond dreigen te kletteren, maar vindt dan godzijdank in de binnenzak van zijn andere colbert in de slaapkamer een briefje van tien, dat hij in looppas naar de voordeur brengt en opgerold in de bus laat glijden, waarna de collectant met een 'Namens de Wiewazo, hartelijk dank!' snel verder loopt.
Meneer Foppe heeft een extra kopje koffie nodig om te herstellen van het bezoek van een collectant. Een licht tevreden gevoel blijft over. Zo! Hij heeft toch maar mooi zijn bijdrage geleverd aan wat voor goed doel dan ook.
Vanmiddag heeft meneer Foppe een tot nog grotere tevredenheid stemmende maatregel genomen: op het tafeltje in het halletje naast de voordeur liggen, naast zijn wanten - die bijna weer naar hun zomerverblijf in de gangkast kunnen verhuizen - vijf bankbiljetten van tien euro klaar, die hij bij de bank uit de automaat is gaan trekken.
'Laat ze maar komen! Mij kunnen de collectanten niks meer maken', denkt meneer Foppe. 'Het is misschien veel, tien euro per bus, maar zo voorkom je geklets over 'die gierige meneer van nummer acht.'