Bieslog - Meneer Foppes Testament
  Klik op de hut voor bezichtiging


  webcam in redactielokaal (werkt niet meer)

 Hoofdredacteur Wim de Bie leest alle reacties - redactie@bieslog.nl

Url = verwijzing naar andere site

beluister = hoorspel, reportage, geluidsact

Video = filmpjes

= bijlagen
De foto's zijn vergrootbaar tot de originele afmetingen.








dinsdag 27 januari 2004 17:07  verstuur

Meneer Foppes Testament


Toen meneer Foppe vanmorgen, nog nadoezelend in bed, naar het nieuws van zeven uur op Radio 1 luisterde, werd hij middenin het bulletin opgeschrikt door vrolijke muziek.

Al eerder was het hem opgevallen dat het radionieuws niet uitsluitend meer werd gevuld door de sonore stem van een voorlezende meneer of mevrouw, maar dat ook andere geluiden klonken: piepjes tussen de berichten door, of je hoorde iemand die in het nieuws werd genoemd, zelf enkele zinnen spreken.

?Dat doen ze om het nieuws wat te verlevendigen?, had meneer Foppe bedacht. Voor hem hoefde het niet zo nodig - nieuws is nieuws - maar voor veel mensen was het nieuws kennelijk te saai en moest het verlevendigd worden.
Zoals heel veel saaie en moeilijke zaken tegenwoordig werden verlevendigd, meende meneer Foppe te constateren. Alleen de troonrede van de Koningin bleef saai, niet verlevendigd met piepjes of muziek.

Meneer Foppe had aandachtig naar het volgende nieuwsbericht geluisterd:

?De muziek van volkszanger Frans Bauer wordt steeds vaker gedraaid op begrafenissen en crematies. Dat blijkt uit de top vijftig van een grote uitvaartverzekeraar.
Frans Bauer staat er drie keer in. Met ?Op rode rozen vallen tranen', 'Bij ieder afscheid valt een traan? en ?De regenboog?.?

En om dit nieuws te verlevendigen, klonk toen uit het radiootje op meneer Foppes nachtkastje - middenin het nieuws dus - een vrolijk stampende muziek, waaruit zich een hoge stem losmaakte. Was het een mannenstem? Een vrouwenstem? Nee, Frans Bauer, concludeerde meneer Foppe.

?Ik loop met jou naar de regenboog
We zijn omringd door een bloementoog
Daar waar de zevende hemel wacht
Aan ?t eind van de reis.?

Meneer Foppe zat meteen klaarwakker rechtop in bed.
Zijn begrafenis!
Werd het niet hoog tijd dat hij ergens kenbaar ging maken hoe hij het geregeld wilde hebben? Was er iemand die na zijn overlijden zou weten welke muziek op zijn begrafenis moest worden gedraaid? Familie of vrienden had meneer Foppe niet. Niemand wist iets van meneer Foppes lievelingsmuziek.

?Ik heb ook helemaal geen lievelingsmuziek?, overdacht meneer Foppe.
Ja, hij hoorde wel eens een mooi deuntje op de radio, maar vaak werd na afloop de naam van de componist niet genoemd. Op zondagmorgen draaiden ze in ?Vroege Vogels? mooie stukjes muziek, vond meneer Foppe. Stukjes waarvan hij wel eens dacht: ?Ja, dat zou passende muziek voor mijn begrafenis zijn.?
Maar meestal was hij te laat terug na het halen van papier en ballpoint uit het buffet om de naam van het stukje te kunnen noteren. Bovendien: wat moest hij met zo?n titel. Het was klassieke muziek en, na de sluiting van de winkel van Hoogenboom, wist hij in de wijde omgeving geen zaak waar je klassieke platen kon kopen. Platen? Meneer Foppe bezat ook geen CD-speler.

Meneer Foppe voelde dat zijn rug vochtig werd van het zweet. Van gedachten aan ziekten en ongelukken brak hem altijd angstzweet uit - je eigen begrafenis onder ogen zien, stond voor hem gelijk aan een nachtmerrie op klaarlichte dag.
Niets had hij geregeld. Nou ja, er was een familiegraf waar vader en moeder in lagen en daar was nog wel een plaatsje in vrij, meende hij zich te herinneren, maar hoe hij op dat plaatsje terecht moest komen, was hem volstrekt onduidelijk.

Toen vader overleed, leefde moeder nog, zodat in de aula vaders favoriete mars ?Koning Voetbal? had geklonken. En die Duitse zanger met die lage stem zong vaders lievelingslied: ?Junge komm bald wieder?.
Toen een jaar later moeder overleed, leefde tante Hannie nog en die wist precies welke muziek moeder op haar begrafenis gedraaid wenste: één pianonummer van Chopin en het lied ?Ik zou wel eens willen weten? van Jules de Corte.

O, dat lied was zo mooi. ?Waarom zijn de bergen zo hoog?? In elk couplet klonk die vraag naar het ?waarom?, zonder dat een duidelijk antwoord volgde. Prachtig voor op een begrafenis.

Als meneer Foppe voor zijn eigen uitvaart nu ook eens ?Ik zou wel eens willen weten? zou kiezen?
?Ho ho, ja maar... ?
Onmiddellijk bedacht meneer Foppe zelf de bezwaren tegen zijn keuze.
Zouden de in het zwart geklede dames en heren van de begrafenisfirma, die ook zijn moeder hadden begraven, het niet gek vinden als hij hetzelfde lied zou kiezen? Hij hoorde ze besmuikt lachend, onderlinge grapjes uitwisselen van achter hun hoge zwarte hoeden: ?Kon die meneer Foppe in die twee jaar na zijn moeder nou niet iets originelers bedenken? Weten ze in die familie nou nóg niet hoe hoog de bergen zijn en hoe diep de zeeën??

Nee, zo?n ouderwets lied was veel te saai voor een moderne begrafenis. Juist een begrafenis moest dringend verlevendigd worden.
Waarom koos hij niet een nummer uit die top vijftig? En waarom niet: De Regenboog van Frans Bauer? Lekker makkelijk voor de zwarte dames en heren, dat nummer hadden ze toch klaarliggen.

Meneer Foppe dacht zich de situatie in. Hij zag de houten kist staan in de aula. Gek, toen hij zich voorstelde hoe hij daar dan zelf in zou liggen, viel de angst even weg.
?Als je kunt denken aan je dode zelf, dan leef je nog!? Meneer Foppe slaagde er zelfs in te glimlachen. Zelden vielen hem zulke diepzinnige gedachten in.

Hoeveel belangstellenden zouden op de houten banken in de aula hebben plaatsgenomen?
Meneer Foppe overzag de lege zaal. Niemand!
Eén van de zwarte heren zou routineus vragen: ?Wil iemand misschien het woord voeren??
De banken zwegen.

En dan zou het gebeuren.
In de stilte klonk Frans Bauer.
?Ik loop met jou naar de regenboog?, zong de hoge ijle stem, versterkt door de echo van de lege zaal.
?We zijn omringd door een bloementoog.?
Nu voelde meneer Foppe ineens ontroering doorbreken.
?Daar waar de zevende hemel wacht.?
Hij kreeg er zelfs een brok van in de keel.
?Aan het eind van de reis.?

Eén man was gekomen. En die ene man was zelfs bereid met hem door weer en wind naar de regenboog te lopen.

Meneer Foppe stapte uit bed, schoot in zijn pantoffels, liep naar het buffet, pakte ballpoint en schrijfblok uit de bovenste la, ging in zijn pyjama aan tafel zitten en schreef in grote letters op het papier:

TESTAMENT
Ik zou graag willen dat op mijn begrafenis Frans Bauer zijn lied over De Regenboog zingt. Dank u wel.
27 januari 2004, was getekend: meneer Foppe.