'Vijf procent van alle Nederlanders vast in de 40-dagentijd die op Aswoensdag 21 februari begint. Dat blijkt uit een representatieve telefonische enquête, uitgevoerd in opdracht van Kerk in Actie in het kader van de 40dagentijdcampagne 'Zoek de balans'.
Sober eten is de meest gebruikte vorm van vasten, namelijk 50 %. Van degenen die vasten gebruikt 31 % geen zoetigheid en lekkernijen, 20% geen alcoholische dranken en 19 % eet geen vlees.' (Persbericht)
Ook Bieslogs dr. Nak de Weert onderzocht het vastengedrag en hij onderschrijft de cijfers van Kerk in Actie. Maar hij vond een bijzondere categorie vastenvierders, die zelden wordt genoemd: de paaseitjesvasters.
'Het vasten is een van oorsprong katholiek gebruik. Veel protestanten doen er daarom niet aan. Toch zijn er onder hen enkelen die een vorm van vasten beoefenen. Zij onthouden zich van een bepaalde gewoonte, zoals roken, televisie-kijken, of alcohol drinken. En drie procent van hen probeert gedurende veertig dagen het eten van paaseitjes in de hand te houden.'
- Men onthoudt zich gedurende de vastenperiode van het nuttigen van eitjes?
'We hebben het hier over chocoladepaaseitjes in een netje, zoals ze al gedurende weken in de supermarkten liggen uitgestald. Welnu, de paaseitjesvasters eten vandaag, Aswoensdag, niets anders dan veertig van deze paaseitjes. Morgen eten ze er negenendertig - elke dag één minder. Tot ze op de dag vóór Eerste Paasdag hun laatste dageitje in de mond mogen steken.'
- En men mag niets anders tot zich nemen. Is dat wel gezond?
'Zeer. Op een gegeven moment eet men slechts tien, negen, acht eitjes per dag en dat heeft een ontslakkende werking op het maagdarmkanaal, wat allerlei enge ziektes voorkomt.
- Waarom worden de eitjes gegeten in de volgorde van veertig naar nul eitjes?
'Dat is om de beproeving te vergroten. Vandaag veertig paaseitjes nuttigen is geen kunst, Maar naarmate de Paasdagen naderen en de eitjesgekte toeslaat, wordt het een hele toer slechts met enkele paaseitjes per dag te volstaan. Men zal grote druk op de vaster uitoefenen: 'Hè joh, neem nog een eitje! Ze staan ervoor.' Streng maar gelouterd slaat de paaseitjesvaster het aanbod af. Maar ook hij kan niet wachten tot hij een echt ei in de mond kan steken.'
'Op Eerste Paasdag wordt het einde van de Paaseitjesvasten gevierd met het onbeperkt nuttigen van in de meest bonte kleuren geschilderde echte paaseieren.'