Uit de tijd dat ik nog met vakantie naar het buitenland ging, kan ik me niet herinneren dat ik ?een band met Nederland? wilde onderhouden door een Nederlandse krant te kopen, of naar de Wereldomroep te luisteren.
Nee, juist niet!
Liever een plaatselijke editie spellen van de Nice Matin, met een verslag van het uitje van de vrijwillige brandweer van een Zuid-Frans gehucht, met foto?s waarop het hele gezelschap in vol ornaat staat opgesteld rond de met een sjerp getooide burgemeester.
Of een rechtbankverslag in de Greenock Telegraph proberen te doorgronden, met alle details van een gruwelijke moord in een afgelegen boerderij in de Schotse heuvels op de tachtigjarige boer, gepleegd door zijn vijfentachtigjarige seniele zuster.
Als dat gedurende een maand je enige nieuwsvoorziening is, wat een feest wordt dan, op die eerste avond na thuiskomst, het inschakelen van de televisie.
Dat Journaal! Die actualiteitenrubriekjes! Waar gaat het in godsnaam over? En wat zien die decors er armoedig uit. Wat een gekke kleuren! Hè? Wie is dát? Hoe zeg je? Jeroen Snel? Was die er vroeger ook al? Wel? Jeroen Snel... ik kan me dat gezichtje helemaal niet herinneren, weet je het zeker? Enzovoorts.
Zal ik alsnog op vakantie gaan?