Gisteren bezocht ik het Loosduins Museum, aan de rand van Den Haag, want het was de eerste dag dat daar een tentoonstelling over de V2-raketten te zien was.
In een gebouw bij molen De Korenschuur hangt een collectie foto?s van de grote verwoestingen die de Vergeltungswaffen (V1 en V2) in een paar maanden aan het eind van De Oorlog hebben aangericht in Nederland, Engeland en België en er staan schaalmodellen en raketonderdelen opgesteld.
In een bovenzaaltje werd een video vertoond, waarop uw hoofdredacteur zijn herinneringen aan de V2-raketten in beeld brengt - een tv-programma uit 1981, dat ik niet eerder terugzag.
Ik schrok ervan. Nu werd mij duidelijk dat ik al ruim twintig jaar hetzelfde verhaal vertel, in boeken, de media, interviews, aan jongere vrienden - het is een stokpaard geworden.
Maar ja, je maakt er indruk mee; je was getuige van een gebeurtenis in de wereldgeschiedenis. Want die raketten waren de eersten in hun soort. Alle verdere ontwikkelingen, die hebben geleid tot maanwandelingen en Scud-aanvallen op Israël, beginnen daar, in september 1944, als de eerste veertien meter lange sigaar het luchtruim kiest. Vlak achter ons huis, in Loosduinen.
Toen ik nog geen grijze kop had, vertelde ik dus al opa-vertelt-verhalen!
Het werd gaandeweg de middag drukker met zestigers en zeventigers, die nagenoeg allemaal hetzelfde verhaal te vertellen hebben. Over dat geheime wapen dat de geschiedenis zou veranderen.
(Alles over de V2 en Den Haag op de site van het V2-platform.)
Wij, de kleuters van WO2, zijn de laatsten die het met eigen ogen hebben gezien.
Nog even en ik ga er lezingen over geven en gastlessen op scholen.