Een moeder wiens.
Ik blijf eraan haken. In een ver verleden moet ik het geleerd hebben: de man wiens, de vrouw wier.
De vrouw wier is zeldzaam geworden. Wiens wint. De man wiens en de vrouw wiens.
De vrouw wiens passeert schrijvers, correctoren en eindredacteuren.
Moeten we er dan nog over knorren?
In Van Dale is nog wel sprake van een 2e en 3e naamval, maar er wordt slechts één voorbeeld gegeven: ?De man wiens dood door ieder betreurd wordt.? Geen de vrouw wier.
?De vrouw wier?, wiens dood door een handjevol puristen betreurd wordt.
Vaarwel vrouw Wier!